Boem.

Het vervelende van wonen op het platteland is die eeuwige rust. Bij ons thuis gebeurt nooit wat. Het is stil buiten, afgezien van het fonteintje in de vijver, af en toe wat bronstige kikkers en het luidruchtige gekwinkeleer van tientallen vogels. Nou ja, soms komt in de verte een tractor langs, maar zo gezellig als in de stad met al zijn leven en lawaai wil het niet worden.

Aan de andere kant, als het nou tóch zo nodig stil moet zijn, dan moet het ook stil zijn, vind ik. En daar schortte het de laatste weken aan. Er klonken rare ploffen. Het geluid leek op geweerschoten in de verte, maar was veel regelmatiger. Elke pak hem beet 70 seconden kwam er een doffe knal. Ver weg, maar duidelijk hoorbaar, ook al door de storende afwezigheid van ander mechanisch geluid.

Eerst dacht ik dat misschien iemand de vogels aan het verjagen was in een kersenboomgaard. Maar er zijn hier helemaal geen kersenboogaards. Misschien een defect mestuitruimsysteem bij de buurboer, dat elke keer na een vol rondje hard tegen iets aan botste? Het ging dag en nacht door, elke 70 seconden, boem. En de koeien staan al een tijdje niet meer op stal, dus dat kon het ook niet zijn. Ik verdacht zelfs even het vlak bij ons aangelegde pretparkje ‘La magie des fées et des lutins’. Hadden ze daar een nieuwe knalattractie bedacht?

Vandaag kon ik me niet langer inhouden. Ik ging op onderzoek uit. Eerst te voet, naar de boer en de feeën en kobolden. Niks, al bleef ik het horen, nog steeds tamelijk ver weg. Dus terug naar huis en de auto gepakt. Telkens een stuk rijden, stoppen, motor af, luisteren (boem) en weer verder rijden. Zo vond ik eindelijk de verantwoordelijke contraptie, op ongeveer een kilometer van ons huis, aan de overkant van de vallei van de Sane vive. Ik zat er nog niet zo ver naast met mijn kersen. Het was inderdaad een vogelverschrikker, bestaand uit een gasfles met timer en een soort kanon. Midden in een maisveld. Elke minuut of zo gaat de gasfles open en na korte tijd komt er kennelijk een vonkje bij: boem. Ik zag geen vogels in het zaaigoed, dus het werkt prima.

Nu ik weet wat het is, ergert het geluid  me een stuk minder. Ook al omdat ik weet dat straks de mais groot genoeg is. Dan zullen ze die gasfles wel dicht draaien en de helse machine in de schuur zetten. Tot volgend jaar. En dan zal ik ze vragen de vuurmond de andere kant op te richten, bergop, weg van de vallei en ons huis.  Dat zal al een stuk schelen. Aan de andere kant, hopelijk zitten we volgend jaar rond deze tijd lekker in de stad, waar zo veel lawaai heerst, dat zo’n extra geluidje niet opvalt.

Reacties zijn gesloten.